Begroting 2015: Interpellaties van Natacha Waldmann

20 Januari 2015

  Een tijdje geleden werd een ingediend voor Hotel du Louvre, het bekende erfgoedpand aan de Karel Janssenslaan dat ondertussen een symbooldossier is geworden voor het falende erfgoedbeleid van de stad.

nieuwe bouwaanvraag

In het verleden zijn in dit dossier heel wat fouten gemaakt. De acties en ook de interpellaties en tussenkomsten in de gemeenteraad zijn ondertussen niet meer bij te houden. Het gepingpong van de opeenvolgende bevoegde schepenen, over wie nu welke foute beslissing heeft genomen in het verleden is treffend. Slopen, niet slopen, leegstandtaks, geen leegstandtaks, toch slopen, heropbouwen,? De onduidelijkheden en slechte beslissingen volgden elkaar in sneltempo op.
Daarom juicht Groen het ook heel erg toe dat er een definitieve oplossing zou komen voor het pand, want de jarenlange verkrottingsstrategie - die door de stad werd gedoogd ? moet hier en nu stoppen. Voor de buren, voor het uitzicht van de wijk, voor de leefbaarheid ook, maar eerst en vooral omdat het stadsbestuur met dit dossier als symbool van hoe men in Oostende met erfgoed omgaat in een bijzonder slecht daglicht wordt geplaatst. Dit schept geen vertrouwen.

Na inzage van de bouwaanvraag hebben we heel gemengde gevoelens. Allereerst blijven we het betreuren dat het gebouw voledig wordt afgebroken. Een stadsbestuur met visie had het pand absoluut kunnen redden. Het excuus van de slechte bouwfysische toestand kennen we ondertussen, en verantwoordt niet dat men al die jaren niets heeft ondernomen om het gebouw te redden. De bedenkingen bij de vorige bouwaanvraag blijven grotendeels overeind.

  • Nog steeds is er sprake van een bouwhoogte van 18 meter en bouwdiepte van 15m = optimaliseren van het perceel ten koste van de leefbaarheid van de buren. Ook de waarde van de aanpalende erfgoedpanden zal aanzienlijk dalen gezien het feit dat ze geen zon meer hebben: in hoeverre wordt leefbaarheid en economische verliezen voor de buren in overweging genomen (de aanpalende horecazaak is zonneterras kwijt, verlies aan inkomsten)?

 

  • Er is een extra bouwlaag toegevoegd aan het plan (gelijkvloers + 4 verdiepingen) in vergelijking met de huidige toestand: dit is weinig respectvol ten aanzien van het gebouw en zuiver een economische optimalisatie: visueel kan een extra verdieping met terras aan de voorzijde niet rijmen met de erfgoedgevel, ook niet met een glazen borstwering.

 

  • In de nieuwe plannen ziet men opnieuw 8 identieke appartementen met twee slaapkamers, hoe is dit in godsnaam mogelijk? Schepen Bourgoignie liet vorige week in de Zeewacht nog optekenen dat ze gerust meer gezinswoningen wil realiseren, maar dat het nergens kan in Oostende. Wel, als men bij renovatieprojecten de reflex niet heeft om te bevragen of er iets anders dan tweekamerappartementen in kunnen, dan snap ik dat jullie zich in de haren krabben als het aankomt op het aantrekken van jonge mensen met kinderen. Hebben we nog niet genoeg dergelijke types woningen in onze stad? Kan men niet creatiever zijn met de inhoud? Komt dit tegemoet aan de woonnood in Oostende? Waarom blijft de stad blindelings dergelijke projecten goedkeuren en komt ze niet met een echte visie rond wonen in onze stad? Ook op de grote sites: mediacenter, hotelschool? Moet men niet deels denken aan gezinnen bij de invulling van zoveel vrije ruimte?

 

  • Uit de plannen blijkt ook dat de gevel geen exacte kopie wordt, maar op bepaalde vlakken aangepast zal worden. Zo vergroot de poort bijvoorbeeld zodat auto's erdoor kunnen om bij de achterliggende garageboxen te kunnen. Ook de typische ornamenten op het hoogste verdiep worden weggelaten, als men de simulaties mag geloven. Het feit dat er vooraan terrassen komen en dus ook een - weliswaar glazen - borstwering voorzien wordt is helemaal van de pot gerukt en geeft blijk van een zuiver economische denkoefening, rekening houdende met de "beperking" dat een erfgoedpand klaarblijkelijk is. Hoe zal het stadsbestuur de aanpassingen aan de gevel evalueren?

Groen zit met heel wat vragen, maar we zien ook een lichtpunt. Het stadsbestuur gaf al meermaals het signaal dat men dit dossier graag op een goede manier wil afsluiten. Daarnaast willen we deze laatste misschien ook nog een citaat meegeven over erfgoed in Oostende:

"De keuze maken om enkel façades te behouden is echt een brug te ver en respectloos. (...) Dat verhaal herleiden tot enkel de façade is zoals van een boek enkel de kaft behouden en de inhoud er uitscheuren, om deze dan te vervangen door wat vluchtig bijeengeraapte reclamefolders.

Elk gebouw hoort er te staan met een verhaal, van gevel tot interieur. Deze gevels zijn een vertaling van het verhaal wat er zich achter afspeelt. Zo'n gevel laten staan en er iets achter plaatsen, moet je catalogeren bij de visie- en respectloze architectuur. (...) Het is geen erfgoed meer als enkel het decor blijft en inhoud verdwenen is."

Deze en nog veel meer proza vindt men op de blog van onze kersverse schepen van ruimtelijke ordening Kurt Claeys aan wie wij vragen om dit dossier te bekijken, zijn eigen citaten indachtig. Groen hoopt dat bij de beoordeling van deze aanvraag niet enkel op de stedenbouwkundige correctheid wordt gelet, maar eveneens de leefbaarheid in de buurt en de kwaliteit van het gebouw in overweging wordt genomen. Wat is het standpunt nu?

Laat in dit symbooldossier voor eens en altijd de houding van het stadsbestuur ten opzichte van erfgoedbeheer blijken. Een sloop zou nu onafwendbaar zijn door de bouwfysische toestand. OK, de eigenaar heeft hierop aangestuurd en haalt nu zijn slag binnen. Maar moet er dan werkelijk zo laks gegaan worden over wat in de plaats komt?

 

 

 

?

 

Punt3: 'Tussenkomst politiebegroting'

Als Groene, constructieve partij willen we allereerst graag aangeven dat we onder de indruk waren van de zelfkritische insteek van het zonaal veiligheidsplan. Veel politiekorpsen zouden kunnen leren van de manier waarop men binnen onze zone de eigen werking onder de loep neemt en duidelijke strategische doelstellingen voorop stelt, maar ook punten van bijsturing. We merken ook een heel brede, integrale benadering van veiligheid en criminaliteitsbestrijding op, wat we enkel kunnen toejuichen.

We benadrukken ook dat de eigenlijke criminaliteitscijfers niet negatief uitschieten voor Oostende, in tegenstelling tot wat de kritische buitenstaander soms vermoedt. Dit is hoopgevend voor onze stad, en we willen het korps dan ook vragen om deze ingesteldheid te behouden..

 

We willen wel van de gelegenheid gebruik maken om een aantal voorstellen te formuleren, zaken die we al lang aankaarten maar die wat ons betreft nog steeds actueel zijn.

Een feit: in Oostende voelt 21,4% zich altijd of vaak onveilig. 28% mijdt bovendien welbepaalde plaatsen in de stad. Geen enkele andere centrumstad scoort zo slecht als Oostende. (bron: Stadsmonitor 2011)

Wij zouden graag zien dat de wijken een belangrijkere plaats krijgen binnen de structuur van de politie. We pleiten voor wijkkantoren die 7 dagen op 7 overdag geopend zijn. Een bijkomend voorstel dat we hierbij willen formuleren betreft de uitgaansbuurt. De Oostendse uitgaansbuurt zit met een negatief imago opgescheept. Hoewel de criminaliteitscijfers niet bovengemiddeld zijn, is het onveiligheidsgevoel groot. Buitenstaanders die in onze stad op café gaan, schrikken vaak van de vele patrouilles en politiewagens die in de Langestraat te zien zijn. Voor sommigen is dit een bevestiging dat het onveiligheidsgevoel terecht is.
Ons voorstel is dan ook om enerzijds een mobiel wijkkantoor in te zetten in de Montmartrewijk tijdens de weekends, en anderzijds aanvullend nog politie indien mogelijk in burger te laten patrouilleren zodat men toch voldoende snel ter plaatse kan zijn bij een incident.

 

We beseffen dat het centraliseren van de politie in één gebouw wellicht budgettair een makkelijkere keuze is, maar dit zijn beleidskeuzes. Inzetten op de wijken is inzetten op toegankelijkheid en dus ook op preventie. Daarom willen we ook een veel duidelijkere aanwezigheid van wijkagenten, op elk moment van de dag. Op een aanspreekbare manier, te voet, met de fiets of in het wijkkantoor.

 

We vragen de bereidheid van het stadsbestuur en de korpschef om onze voorstellen, voorstellen die we al jaren formuleren, serieus te nemen en te willen onderzoeken. Het kan onze stad alleen maar ten goede komen.

?

 

Punt 12-13: 'Tussenkomst budget'

Schepen Bourgoignie - wonen:

Wat ons als Groene fractie vooral opvalt in het budget is dat er heel wat goede bedoelingen zijn. Er is hard gewerkt rond het thema met als doel een zo goed mogelijk beleid uit te stippelen op vlak van ondersteunen van maatschappelijk kwetsbare doelgroepen. Dat valt op en dat verdient zeker een vermelding.

Toch blijven wij wat betreft een aantal elementen binnen de bevoegdheid 'wonen' op onze honger zitten. Voor Groen is diversiteit belangrijk, ook in het woonbeleid. En waar men hier enorm inzet op bepaalde doelgroepen, vallen andere dan weer uit de boot.

We geven een aantal cijfers mee uit de recentste gemeentelijke profielschets, aangevuld met onze bedenkingen:

  • De afgelopen 10 jaar steeg het aantal huishoudens in Oostende maar half zoveel als Vlaams gemiddelde. 104,5 vs. 109,1 ? Oostende schiet dus duidelijk tekort wat betreft het aantrekken / houden van (nieuwe) gezinnen. Het falen van de huidige strategie om voornamelijk in te zetten op grootschalige woonprojecten en dure tweeslaapkamer-appartementen wordt voor ons hier dan ook objectief door aangetoond.
     

  • Sinds 2007 is de bebouwde oppervlakte in Oostende significant gestegen en ligt het een pak hoger dan de Vlaamse en centrumstedelijke gemiddelden. Open ruimte en groen in een stad zijn echter broodnodig om de leefbaarheid voor gezinnen te vergroten. Het aantal bouwvergunningen voor flatgebouwen is 3x zoveel in 2013 als in 2012. Het gemiddelde op Vlaams en centrumstedelijk niveau blijft ongeveer status quo.
    Stop met alles vol te bouwen, en ga op zoek naar die zuurstofplekjes die onze stad nog kan bieden. Groen aan de rand is niet voldoende om mensen met kinderen, actieve gezinnen aan te trekken of te houden in je stad.
     

  • De leegstand in Oostende steeg met een kwart in 2013 tov. 2012. Schepen Bourgoignie vroeg zich in de krant luidop af waar ze in godsnaam gezinswoningen zou kunnen voorzien. Het was bijna een noodkreet, gericht aan ons. Wel, dit is misschien al een eerste aanzet. Kan de stad inzetten op inbreiding, op het heropwaarderen van leegstaande panden, op vernieuwende nieuwbouwprojecten in het stadcentrum? De leegstand is bewezen. Panden laten verkrotten en dan ondertussen enkele honderden meters verder toch maar wat nieuwe appartementen bijzetten getuigt van weinig langetermijnvisie. Daarenboven is het zeer de vraag of die economische ingesteldheid ons op lange termijn niet de das omdoet. Bij elk stuk open ruimte dat verdwijnt, verdwijnt er ook een beetje meer perspectief, een beetje meer leefbaarheid. Net hetgeen waar veel mensen ? niet in het minst gezinnen met kinderen - naar op zoek zijn.

Het aandeel actieve en/of jonge gezinnen in Oostende is niet groot. Groen vindt het problematisch dat het stadsbestuur dit geen probleem lijkt te vinden. Nochtans zal dit zich op termijn wreken. Met minder actieven en jonge gezinnen kwijnt een stad weg.
Van de voorziene 3000 woningen tegen 2020 willen wij dat minstens de helft gezinswoningen worden, om zo het evenwicht in Oostende tussen senioren en gezinnen te herstellen. We merken op dat de schepen zich tevreden stelt met 750 van de 3000 woningen. Er moet een evenwicht gevonden worden tussen enerzijds een voldoende en gepast aanbod voor bestaande bevolkingsgroep, vraag waar voor een groot stuk over nagedacht is, en anderzijds ook het creëren van mogelijkheden om nieuwe doelgroepen aan te spreken. Met een echte visie zou men actieve bevolkingsgroepen aantrekken in plaats van zelf de stadsvlucht van jongeren te orkestreren door alles vol te bouwen met tweekamerappartementen, die totaal ongeschikt zijn voor jonge gezinnen.

We vinden het spijtig dat de kans niet gegrepen werd om een trendbreuk te maken met dit beleid dat steeds duidelijker gebreken vertoont, en hopen dat de schepen enkele van onze ideëen mee in overweging kan nemen, voor Oostende leegbloedt.

 

 

Schepen Deblauwe - jeugd:

In het voorliggende plan met betrekking tot het jeugdbeleid hebben een aantal zaken onze aandacht getrokken, waar we dan ook wat verduidelijking rond willen.

Het is stil wat betreft Hangaar 1, en de vraag stelt zich dan ook wat hiermee zal gebeuren. In augustus antwoordde schepen Deblauwe op mijn vraag dat de jeugd nog steeds een veilige fuifzaal zou hebben na het aflopen van het huidige brandpreventieverslag. De vraag is: waar dan? Zal stad hangaar renoveren? Wat zijn de plannen? Is stad actief op zoek naar een oplossing en een fuifzaal of multifunctionele ruimte met grote capaciteit zodat jeugdbewegingen, scholen, edm op een veilige manier kunnen fuiven? Kan De Grote Post hier bijvoorbeeld (tijdelijk) soelaas bieden, weliswaar mits aangepaste tarieven voor jongerenorganisaties? Kan dit onderzocht worden? Wat zijn de implicaties, eventuele bijkomende kosten verbonden aan ter beschikking stellen van het gebouw,?

We zien een aantal verdere investeringen gepland in de Elysee, maar de capaciteit van die zaal is veel kleiner en onvoldoende voor grotere evenementen, wat een groot risico betekent op overlast in stadscentrum op momenten dat jongeren wel willen, maar niet kunnen binnenraken op een fuif. Los van het feit dat de Elysée, na een aantal fel gemediatiseerde openingen, eigenlijk nog steeds niet volledig uitgerust is. De muziekinstallatie bijvoorbeeld moet nog steeds geïnstalleerd en zelfs besteld worden, wat verenigingen op kosten jaagt.

Onze vraag luidt dus klaar en duidelijk: wil de stad investeren in jongeren en is de schepen bereid om hiervoor de nodige investeringen te doen? Het wegdeemsteren van verschillende locaties voor jongeren in de loop der jaren kan nog steeds een halt toegeroepen worden. Wanneer krijgen we hier duidelijkheid over en wanneer zullen jongerenorganisaties duidelijkheid krijgen over waar ze zullen kunnen fuiven?

Daarnaast nog een kleine bemerking wat betreft de subsidiëring van de verschillende jeugdhuizen in Oostende. We vinden het positief dat de stad er voor kiest om in te zetten op jeugdhuizen en zo een belangrijke maatschappelijke speler een stevige basis biedt. In het budget zien we dat het Jeugdhuis OHK een dubbele subsidie krijgt omwille van de strategische doelstelling rond werken met maatschappelijk kwetsbare jongeren. Ondertussen blijken ook andere jeugdhuizen hier op in te zetten. Wij willen de stad vragen om dit te honoreren en een aantal transparante en objectieve criteria voorop te stellen om subsidies voor de jeugdhuizen te verdelen. We staan volledig achter de subsidie van het OHK, en feit dat anderen minder ontvangen omdat zij extra subsidies krijgen via andere kanalen kan één van de criteria zijn. Maar anderzijds moet men het aanmoedigen dat jeugdhuizen specifiek met kwetsbare jongeren aan de slag gaan, dit is preventie van de zuiverste soort. Jongeren maatschappelijk integreren, hen bekend maken met waarden en normen binnen de samenleving en hen zo de transitie laten maken naar verantwoordelijkheid opnemen binnen ons maatschappelijk model is onbetaalbaar werk. Belangrijk dus om niet lukraak een bedrag aan jeugdhuizen toe te kennen, maar goed de noden in kaart te brengen en op basis hiervan te gaan financieren. We vragen dan ook aan de schepen om hier werk van te maken.