Groen geschokt door plannen voor uitverkoop Koninklijke Gaanderijen

29 April 2016

Groen geschokt door plannen voor uitverkoop Koninklijke Gaanderijen

  Het college van Burgemeester en Schepenen keurde onlangs de organisatie van een openbare procedure voor een marktbevraging goed. Deze heeft betrekking op de verkoop van de Koninklijke Gaanderijen en het Thermae Palace. De stad Oostende en de Vlaamse overheid zijn samen eigenaar van het Thermae Palace hotel (inclusief de parkings) en de Koninklijke Gaanderijen (exclusief Droge Coo ? Vrijstaat O). Deze procedure heeft als doel om via een aangepaste beheers- of eigendomsstructuur een betere horeca-exploitatie mogelijk maken en de restauratie van het hotel en de gaanderijen te verwezenlijken.

 

De modaliteiten van het project kregen de titel 'Eau-tel' en worden omschreven in een lastenboek. Groen heeft dit lastenboek geanalyseerd en het bevat een aantal opvallende randvoorwaarden.

 

Dit dossier, dat reeds goedgekeurd werd op het schepencollege van 11/4 en nog verder aanvullingen kreeg op 21/4, gaat in eerste instantie 'enkel' over de goedkeuring van het lastenboek en de publicatie ervan. Daarna kan een oproep tot kandidatuurstelling gelanceerd worden.

Eens het lastenboek door de GR goedgekeurd wordt is er geen weg meer terug. Het lastenboek en de bijhorende randvoorwaarden zijn duidelijk. We verwachten dat het dossier op de gemeenteraad van mei zal worden voorgelegd.

 

 

Opvallende en beperkende voorwaarden

 

Ten eerste, Oostende ontloopt al jarenlang haar verantwoordelijkheid op vlak van renovatie van de Koninklijke Gaanderijen. In deze overeenkomst wordt opgenomen dat Vlaanderen 10 miljoen doorstort aan de kandidaat die dan de renovatie zal uitvoeren. De stad Oostende betaalt dus niets voor de renovatie, maar wel afstand van alle mogelijke toekomstige opbrengsten én van de controle op de renovatie. Alle opbrengsten die de site zou genereren zullen integraal toekomen aan de Vlaamse overheid en de renovatie van één van onze belangrijkste erfgoedpijlers wordt overgelaten aan een privé-partner.

 

 

Ten tweede valt ook de verdeling op die de jury zal hanteren bij het beoordelen van de ontwikkelingsvisie.

1.    Kwaliteitsambitie: 30%
2.    Ontwikkelingsaanpak: 20%
3.    Betrouwbaarheid van partner: 20%
4.    Financieel plan: 20%
5.    Financieel: 10% (telt enkel mee bij ex aequo)

 

 

Groen heeft bedenkingen bij deze beoordelingscriteria, daar er een groter gewicht wordt toegekend aan subjectieve criteria dan aan objectieve. Men wekt de schijn op dat kwaliteit primeert, maar hoe wordt die gegarandeerd als daar financieel onvoldoende voor voorzien is? Een kwalitatieve renovatie van de koninklijke gaanderijen wordt hiermee niet gegarandeerd, en de stad verliest daarenboven ook het zeggenschap over die kwaliteitscontrole.

 


Uitverkoop van ons patrimonium wordt een feit
 


Onder het eerste punt rond kwaliteitsambitie, zien we dat omschreven wordt hoe de kandidaat-koper tot 10% netto extra vloeroppervlakte mag creëren. Groen Oostende heeft hier ernstige vragen bij. De Koninklijke gaanderijen en het Thermae Palace zijn beschermde monumenten. In principe is elke aanpassing dus een verstoring van het uitzicht van, vanuit en naar het monument. Daarenboven zet men hier de deur op een kier voor de bouw van een extra gebouw. Uit de documenten zien we dat deze optie al in de huidige huur voorzien wordt: 1/3 van de 'kamers' mogen seniorenflats zijn.

Op het financiële vlak zien we dat er geen minimumbedrag wordt vastgezet, dat betekent dat het gebouw zwaar onder de waarde verkocht kan worden indien er geen tegenkandidaat is. Ook is er een uitkoopvergoeding van € 8.000.000 ten aanzien van de huidige uitbater. Nergens vindt men in de documenten een verantwoording voor dit bedrag. Het is echter een cruciaal element in dit dossier. De huidige uitbater krijgt hierdoor een 'voorsprong' van 8 miljoen euro op elke andere kandidaat. Dit blokkeert eerlijke concurrentie, de stad stuurt heel gericht dit project in één richting en laat de markt niet spelen.

 

Het kan anders, waarom gebeurt het dan niet?

 

In deze voorstellen zien we opnieuw een respectloos beleid dat op hele korte termijn denkt. Ook in grote dossiers zoals deze worden enkel economische overwegingen gemaakt. In haar haast om de schuldenput te dempen is het Stadsbestuur al langer gestart met de uitverkoop van onze stad. Naast de vele gebouwen die verenigingen al moesten ontruimen om plaats te maken voor woonprojecten, zal nu dus ook de trots van Oostende uiterst respectloos van de hand worden gedaan.

 

Daarenboven creëert de Stad economische opportuniteiten voor een mogelijke koper, ook de stellige weigering om het zwembadgebouw te herbestemmen heeft hier een plaats in. Groen vreest dan ook dat van het beloofde park niet veel in huis zal komen. Zoals in zoveel dossiers zien we dat de stad in haar zoektocht naar snel geldgewin een privépartner vond, en op maat van deze speler werkt. Met een betere visie en wat meer liefde voor onze Stad en haar geschiedenis zou dit bestuur er op de lange termijn ook wel bij varen, maar daar werd niet aan gedacht.

 

Oostende had hoe dan ook financiële steun van Vlaanderen in dit dossier en zou de renovatie niet zelf moeten bekostigen, waarom is deze uitverkoop dan nodig? In het dossier staan amper garanties voor de renovaties en de nieuwe eigenaar krijgt zakelijk bijna carte blanche. Waarom wil de stad haar pronkstuk zo'n risico laten lopen?

 

De Stad Oostende is de grootste verliezer in dit dossier, deze manoeuvres zijn niet in het belang van de stad. En de Oostendenaar? Die wordt alleen maar armer met dank aan dit stadsbestuur.