Maritiem erfgoed verloedert zienderogen: Groen eist actie

11 April 2017

Maritiem erfgoed verloedert zienderogen: Groen eist actie

Op 14 mei 2012 kapseisde de O.33 Marbi tijdens herstellingswerken op de Slipway. Sindsdien is de scheepswerf onbruikbaar. De scheepswerf is eigendom van het Vlaams gewest maar de uitbating ervan werd lang geleden al overgedragen naar de Stad Oostende. Dit beschermde erfgoed is sindsdien aan het verkommeren en restauratiewerken zijn broodnodig, toch schuift de Stad Oostende alle verantwoordelijkheid van zich af, ondanks een recente veroordeling. Gemeenteraadslid Natacha Waldmann: "Dit beschermde erfgoed is sinds het ongeval met de O.33 Marbi onbruikbaar geworden. Men zou verwachten dat de stad omwille van het statuut van deze entiteit snel actie onderneemt. Een beschermde scheepswerf die nog steeds operationeel is, is uniek en een troef voor onze stad. Toch blijft de site sinds 2012 onaangeroerd, wat de kosten voor een restauratie aanzienlijk doet oplopen." Uit de antwoorden op een eerste schriftelijke vraag bleek dat de Stad de scheepswerf in eerste instantie onder de vlag van AG Vismijn Oostende liet uitbaten. Na de stopzetting hiervan werd dit overgedragen aan het AGHO. "Midden 2010 droeg het AGHO de uitbating van de Slipway over aan de bvba Cobulas van reder Willy Versluys. Het is onder die uitbating dat de O.33 Marbi op de scheepswerf is omgevallen. Er zijn echter aanwijzingen dat het ongeval voorkomen had kunnen worden indien de Slipway naar behoren was onderhouden.", zegt voorzitter Kristof Cornelis.

 

Uit de antwoorden blijkt ook dat de noodzakelijke resaturatiewerken omvangrijk zijn. Om de scheepswerf terug gekeurd te krijgen moeten belangrijke onderhoudswerken gebeuren naast de herstellingen tgv het ongeval. "Reeds in 2009 werd duidelijk dat er belangrijke onderhoudswerken dienden te gebeuren, kort daarna wordt de uitbating overgedragen aan het AGHO en gebeurt er niets meer. Nu zegt de Stad dat het niet hun verantwoordelijkheid is, hoewel ze weet hadden van de nodige ingrepen. Dit ruikt naar voorbedachten rade." aldus nog Kristof Cornelis.
Op een tweede schriftelijke vraag met betrekking tot de urgentie en de verdere verloedering van de site werd op 30 oktober 2015 door de Stad geantwoord dat het omwille van het lopende proces niet aangewezen was dat de Stad bewarende of beschermende maatregelen zou nemen. Omdat de kosten van het ongeval betwist werden door de verschillende partijen, startte de nv Marbi een proces ten aanzien van de Stad, het AGHO, Cobulas en Het Vlaams gewest.

Natacha Waldmann: "Uit het vonnis blijkt nu dat er reeds onder uitbating van de Stad Oostende een noodzaak tot herstelling en onderhoud van het systeem gekend was sinds een grondige inspectie in februari 2009. Ook bij inspecties in 2010 werden deze tekortkomingen tot driemaal toe vastgesteld door keuringsbedrijf ATK. Eén van de vastgestelde punten heeft er rechtstreeks geleid tot het ongeval met de O.33 Marbi. De Stad is hier overduidelijk in gebreke gebleven en heeft haar erfgoed niet goed beheerd."
Kristof Cornelis vult aan: "Uit de stukken kunnen we ook opmaken dat het AGHO zelfs geen keuring meer liet gebeuren van de installatie. Er is ook onduidelijkheid met betrekking tot de inbreng van de bvba Cobulas. Zij maakten sinds 2008 al gebruik van de Slipway, nog onder de uitbating van de Stad dus, maar hebben nooit de plichten die gelinkt zijn aan de uitbating op zich genomen."
"Dit voorbeeld is typerend voor hoe Oostende omgaat met haar erfgoed. De alarmerende berichten blijven zich maar opstapelen. Ondanks groots opgezette communicatiecampagnes zien we in de praktijk vooral veel gebrek aan respect voor onze geschiedenis en de maritieme ziel van onze stad." aldus nog Kristof Cornelis.

"In 2009 was er nog sprake van een grondige restauratie van de Slipway, met een versterking van de werking ervan. Nu spreekt de stad van een 'beheersplan', waarbij verdere verwaarlozing wordt tegengegaan maar het droogdok niet meer in gebruik kan worden genomen. De Stad laat haar waardevol erfgoed ? of het om woningen, een zwembad of een scheepswerf gaat - steevast verloederen. De Stad Oostende steekt letterlijk haar middelvinger uit aan de bevolking. Onroerend erfgoed is voor dit stadsbestuur een last, geen troef." besluit Natacha Waldmann.


Natacha Waldmann
Gemeenteraadslid

Kristof Cornelis
Voorzitter Groen Oostende