Stad Oostende weet niet precies hoeveel bedrijventerreinen en panden leeg staan

13 Augustus 2015

Leegstaande en verwaarloosde bedrijfsruimten tasten de kwaliteit van de omgeving aan. Gebouwen laten leegstaan terwijl er een grote vraag is naar bedrijfsruimte, betekent dat er onnodig onbebouwde ruimte wordt aangesneden en dat terwijl open ruimte schaars is. De aanpak van dit probleem vereist een doordachte visie. Uit antwoord van het stadsbestuur op een schriftelijke vraag van Groen is gebleken dat Oostende noch de ondernemersorganisaties een zicht hebben op de leegstaande of verwaarloosde bedrijfsterreinen. Collins Nweke: "dit is te betreuren want hoe pak je als stad een uitdaging aan als je geen zicht hebt op het probleem?" Volgens het stadsbestuur worden enkel twee leegstaande bedrijfspanden opgevolgd. Dit terwijl er zeker veel meer staan te verloederen in de stad-aan-zee. Ook een navraag bij de ondernemersorganisaties in de regio leverde geen resultaat op. Telkens werd ons doorverwezen naar het stadsbestuur. Er blijven veel pertinente vragen onbeantwoord: hoeveel leegstaande bedrijfspanden zijn beschikbaar voor de markt; zijn ze te koop of te huur; hoeveel m2 en waar liggen ze precies? Verder is het van cruciaal belang te weten wat de verhouding is tussen de actieve en leegstaande panden/gronden. En wat is de tendens? "Het is duidelijk dat economische vooruitgaan niet

au serieux wordt genomen in Oostende, vertel mij anders eens hoe je een economische beleid kan uittekenen zonder over de juiste data te beschikken? Bovendien getuigt het antwoord van het stadsbestuur van weinig inzicht en goede wil" vindt Nweke.

 

2. Evolutie in West Vlaanderen van leegstaande of verwaarloosde bedrijfsruimten.

Bekijken we even het aantal opnames in West Vlaanderen van leegstand en / of verwaarlozing bedrijfsruimten: In 2012, 2013 en 2014 leek het even beter te gaan (onder de 500) dan de cijfers van 2004 die op 578 stond. "Goed nieuws, zou men denken. Misschien wel voor andere steden en gemeenten maar voor Oostende kennen we de tendens niet" zegt Collins Nweke.

 

 

 

3. Leegstand bestrijden door toepassing van een heffing

Groen pleit voor de toepassing van een heffing. Daarvoor is een inventaris van leegstaande en /of verwaarloosde bedrijfsruimten onontbeerlijk. De Vlaamse overheid verplicht de eigenaars van dergelijke gebouwen onder bepaalde voorwaarden tot betaling van een heffing. Deze heffing heeft vooral de bedoeling om eigenaars aan te zetten leegstand en verwaarlozing te vermijden. De eigenaar moet een heffing betalen na twee opeenvolgende registraties in de inventaris. De opbrengst van de heffing komt dan terecht in het Vernieuwingsfonds. Met dit fonds ondersteunt de Vlaamse overheid de sanering van leegstaande of verwaarloosde bedrijfsruimten (voor details zie hier). Een slimme overheid bestrijdt leegstand. Dat Oostende geen betrouwbare inventaris heeft stelt nog een bijkomende probleem op: eigenaars kunnen geen aansprak maken op het Vernieuwingsfonds. Dit komt doordat één van de vier voorwaarden voor het toekennen van de subsidie is dat "het onroerend goed moet in de Inventaris zijn opgenomen"

 

 

In totaal worden er ongeveer 430 ha of een oppervlakte zo groot als ongeveer 270 voetbalvelden, bedrijfsruimtes onbenut. In plaats van nieuwe ruimte aan te snijden zoals vermeldt staat in de beleidsnota van de Vlaamse minister van Economie en Innovatie zou het dus veel verstandiger zijn om de bestaande ruimtes optimaal te benutten.

Oostende zou een heffing al vanaf het tweede jaar van leegstand moeten invoeren. Door die jaar na jaar te laten oplopen zullen eigenaars daadwerkelijk de noodzaak voelen om iets te doen.

 



 

 

Uit grafiek 3 blijkt dat naast Antwerpen, de provincie West Vlaanderen het hoogste subsidiebedrag heeft aangevraagd in 2014 voor saneringswerken. In 2009 en 2010 was West Vlaanderen koploper in de subsidieaanvraag. "Oostende zit al jaren kansen te missen. Wij roepen het stadsbestuur op om zich te herpakken."

 

Verder, de huidige markt voor bedrijfsvastgoed boomt voor panden rond de 150m2 oppervlakte. Eigenaars aansporen tot het herinrichten van grotere panden in kleinere entiteiten zou een belangrijke factor kunnen zijn want dit heeft verschillende voordelen. De huur- of verkoopsopbrengsten voor de eigenaars kunnen hoger liggen, en ondertussen wordt een gat in de markt gevuld want veel start-ups, zelfstandigen en kleinere kmo's zijn op zoek. Nu moeten deze uitwijken naar gemeenten buiten Oostende.

 

Naar aanleiding van onze schriftelijke vraag begin mei, heeft stad Oostende in juni zich aangesloten bij Biz Locator, een databank voor commerciële panden die te koop of te huur staan. "We juichen het lidmaatschap van Oostende toe in de stuurgroep van de steden en gementen die het proefproject gaat opvolgen. Hopelijk wordt het project eind dit jaar in Oostende verder ontwikkeld" aldus Nweke

 

 

Collins Nweke

Gemeenteraadslid voor Groen Oostende | [email protected] | Tel. 0498 345 889

5 augustus 2015

 

Foto: Roularta - Bliek Vermeire.