2. Een rollend woningfonds koopt verwaarloosde of leegstaande panden, om ze na renovatie door te verkopen.
3. Bij nieuwe woonprojecten worden de woningen verkocht zonder de grond, zoals in Amsterdam ('community land trust').
4. Huursubsidies gekoppeld aan richthuurprijzen of een systeem van verhuurpremies moet de meest kwetsbaren onder ons een duwtje in de rug geven.
5. Groepsrenovaties. Indien OCMW of sociale huisvestingsmaatschappijen in een wijk nieuwbouw zetten of renovatiewerken plannen (nieuwe ramen, dakrenovatie,?) kan nagevraagd worden of er andere wijkbewoners interesse hebben om hierin mee te stappen en zo een lagere prijs te krijgen. In Gent wordt dit toegepast.
6. We moedigen nieuwe, aangepaste woonvormen aan, gelet op de vergrijzing, kleinere gezinnen en de alleenstaanden in Oostende. Zij bieden goedkopere woongelegenheid in combinatie met een efficiënt ruimtegebruik. Vbn zijn kangoeroewonen of co-housing.
7. Oostende doet minder dan andere steden als het op sociale woningen aankomt. Het aandeel aan sociale woningen per 100 huishoudens is in Oostende sinds het begin van deze legislatuur (2006) gedaald. In de 13 centrumsteden is er gemiddeld een stijging. In 2006 waren er in Oostende 8,03 sociale woningen per 100 huishoudens, even veel als het gemiddelde in de 13 centrumsteden. In 2010 is dit in Oostende gekrompen tot 7,84, maar in de centrumsteden gestegen tot 8,38 (bron: Stadsmonitor 2011). Oostende is dus niet goed bezig, nochtans wordt het tijd om de armoede en huisvestingsproblematiek aan te pakken.
Reacties
Aanmelden via
Facebook Twitter