Begroting 2016: Het verkopen van toekomstige inkomsten doet de totaalschuld natuurlijk niet dalen

13 December 2015

We hebben bij de budgetbesprekingen al vaak gesproken over de oplopende schulden van de Stad Oostende. Over het investeringsniveau. Over de creatie van nieuwe AG's met elk een eigen schuldpositie. Dat is nu allemaal van de baan. Want er is een kip met het gouden ei gevonden: de verkoop van toekomstige opbrengsten van onze aandelen in Eandis Assets. Op de persvoorstelling van het budget werd dit als mirakeloplossing gepresenteerd. 50 miljoen euro, dat zomaar uit de lucht komt vallen. Hiermee staat of valt de begroting. Maar wij trappen er niet in. Waarover gaat het? Oostende is aandeelhouder van Eandis. Op de raadscommissie zei burgemeester Vande Lanotte dat de jaarlijkse opbrengst voor de stad ongeveer 2,8 à 3 miljoen euro bedraagt. De opbrengsten in de toekomst worden nu verkocht, en men rekent op een opbrengst van 50 miljoen euro te verdelen over 25 miljoen euro in 2016, 20 miljoen euro in 2017 en 5 miljoen euro in 2018. Aan wie wordt verkocht? Aan investeerders zoals pensioenfondsen of verzekeraars. Meer weten we niet, want de deal is nog niet rond en wordt pas in maart aan de gemeenteraad voorgelegd. Eigenaardig dat de financieel beheerder akkoord gaat om zo'n gigantische ontvangst in de begroting in te schrijven, zonder dat er al duidelijkheid is over hoe de constructie er zal uitzien. Dit is alvast iets wat we verder willen onderzoeken, want dit strookt niet met gezonde begrotingsprincipes maar lijkt eerder weer op een typisch staaltje improvisatie van de Oostendse politiek. De exacte woorden van de burgemeester op de raadscommissie waren: "ik ga u daar nog niet veel over vertellen".

Onze bezwaren:

  • Dit is korte termijn politiek op zijn best. Een toverstokje. Maar tovenaars bestaan niet. We cashen nu al 50 miljoen euro, maar in ruil zijn we voor vele jaren lang onze jaarlijkse opbrengst van de dividenden kwijt. Met andere woorden: het volgende stadsbestuur heeft minder beleidsruimte en mag de bonen fretten. Met nog andere woorden: we gooien een put dicht door een andere put te graven. Dit is niet hoe wij met Groen verstandig beleid zien. Voor ons zijn de effecten op lange termijn en duurzaamheid van beslissingen belangrijk.
  • De financiële markten moeten Oostende redden, in een constructie die doet denken aan de financiële hocus pocus van vóór de bankencrisis van 2008. In een kapitalistische wereld kun je alles verhandelen. De vraag is of een lokaal bestuur zich hieraan moet wagen. Denk aan het débacle in Sint-Niklaas, toen Freddy Willockx ooit met een Amerikaanse verzekeraar een sale-and-lease-back operatie doorvoerde voor haar rioleringen. Tijdens de financiële crisis stortte het systeem ineen. In Oostende zullen pensioenfondsen en groepsverzekeraars in de komende drie jaar 50 miljoen euro up front op tafel leggen. In ruil krijgen ze de jaarlijkse opbrengsten. Maar ze doen dat niet voor de mooie ogen van onze burgemeester. De financiële sector wil winst maken, dat is de reden van haar bestaan. In ruil voor die 50 miljoen up front, zal Oostende dus rente moeten betalen. Hoeveel? Geen idee, want de deal is nog niet rond.
  • Voor hoeveel jaar zijn we onze jaarlijkse opbrengsten van Eandis kwijt? Geen idee, want de deal is nog niet rond. Zeker is dat de volgende coalities moeten rekening houden met een minderontvangst van 3 miljoen euro per jaar. De 50 miljoen euro daarentegen is tegen 2018 al opgesoupeerd, voor 30 miljoen euro aan schuldverlichting en 20 miljoen euro aan investeringen (dixit VDL op de raadscommissie deze week).
  • Is er zekerheid over de toekomstige rendementen van Eandis? Neen. Er is een fusieoperatie geweest en er werd toen een rendementsbelofte van 5,7% gedaan aan de gemeenten. Maar met voorbehoud. De privé-investeerders weten dat ook. Wat als het dividend niet de verhoopte opbrengst zal hebben? De 50 miljoen euro zal wel al gestort zijn. Is er nu al een risicopremie voorzien? Of zal de Stad dan vanuit haar reserves mogen bijleggen? Bij een klassieke financiering is er geen dergelijke risicopremie.
  • We hebben een zeer zwakke onderhandelingspositie. Net zoals tegenover de grote bouwpromotoren in Oostende. Net zoals tegenover Belfius Immo. En straks ook tegen de financiële markt van pensioenfondsen en groepsverzekeraars. Want we schrijven nu al 50 miljoen euro in onze begroting. De investeerders weten dus hoeveel we er moéten uithalen. Zij kunnen rustig hun voorwaarden formuleren en het onderste uit de kan halen: een hoge rente, en een maximaal aantal jaar waarin ze de Eandis-opbrengsten binnenrijven.
  • De aandeelhouders van Eandis, zoals Oostende, hebben rechten. Worden die allemaal overgedragen aan de investeerder? Bijv. het medezeggenschap in het bestuur van de vennootschap Eandis? Hopelijk niet. Hoe ver reikt deze deal?
  • Door deze constructie maakt de Stad het moeilijker dat de energieprijzen voor de Oostendenaars dalen. Immers, een dergelijke langetermijnovereenkomst met een derde privé-partner dreigt de hoge dividenden die aan de gemeenten worden uitbetaald te betonneren. Toekomstige beleidswijzigingen waarbij gemeenten bereid zouden zijn minder dividenden te ontvangen zodat een lagere distributiekost de energieprijs kan drukken, worden zwaar bemoeilijkt.

We willen weten hoe het stadsbestuur een dergelijke noodingreep, ten koste van de volgende jaren, kan rechtvaardigen. We willen vooral weten hoe het mogelijk is dat de raadsleden van de traditionele partijen dit zomaar slikken. Misschien moeten we gans Oostende uitverkopen. Al onze bezittingen. Al onze toekomstige opbrengsten. Misschien moeten we ook alle toekomstige subsidies die we zullen krijgen, nu al verpakken in financiële pakketjes en op de markt gooien. Tegen 2018, niet toevallig het jaar van de GR-verkiezingen, hebben we dan nul euro schulden. Zou dat niet mooi zijn, om zo naar de kiezer te trekken?

De keizer heeft geen kleren aan, de 50 miljoen euro op korte termijn gaan we op lange termijn duur betalen. Het is een vergiftigd geschenk.

 

Schulden en aflossingen: in 2015 weinig vooruitgang geboekt

Omdat in de afgelopen jaren zo weinig gebeurde inzake schuldafbouw op een normale manier, moeten we overgaan tot deze kunstgreep.

Want:

  • In 2016 moeten we de hoogste aflossing voor onze financiële schulden betalen in jaren tijd, met name 16,8 miljoen euro. In 2014 (rekening) was dit 12,3 miljoen euro, in 2015 (budget) 12,7 miljoen euro. Dit is de erfenis van de voorbije jaren. Bron: schema M2, meerjarenplan.
  • De schulden op 1 januari 2016 zullen 109,3 miljoen euro bedragen. Het jaar 2015 werd gestart met 112,9 miljoen euro. Dat is slechts 3 miljoen euro schuldafbouw.

Enkele foutjes in de toelichtende nota?

Budget 2016: investeringen uitgaven is niet -31.047.145,84 euro, maar -35/047.145,84 euro

Totaal kasresultaat 2016 is niet +1.104.566 euro, maar dat is het totaal budgettair resultaat.