Meer opvangmogelijkheden voor min-driejarigen in Oostende

04 Oktober 2013

Wij willen de aandacht van het stadsbestuur vestigen op de uitspraken van minister van Welzijn Jo Vandeurzen die op 17 september 2013 toegaf dat er in bepaalde steden, waaronder Oostende, nog een tekort aan opvangplaatsen bestaat voor kinderen jonger dan 3 jaar. Dit werd bevestigd uit cijfers van Kind en Gezin. Samen met Antwerpen en Genk, blijkt Oostende één van de steden die met een groot tekort aan opvangplaatsen kampt. Oostende heeft 602 opvangplaatsen voor 1856 kinderen of 32.4% terwijl de zogeheten 'Barcelonanorm'van ten minste 33% aanbod voor de kinderen jonger dan 3 jaar voorziet. Oostende moest die norm tegen 2010 halen maar drie jaar later lopen wij nog steeds achter. Enkel Antwerpen en Genk doen het slechter. Onze stad heeft jonge, actieve gezinnen nodig. Voor hen moeten we een beleid ontwikkelen en daarvan is voldoende kinderopvang een belangrijke pijler. Bovendien kampen we met een hoge werkloosheidsgraad waardoor het voorzien van voldoende opvangplaatsen een middel kan zijn om mensen sneller te activeren. Door de wachttijden te reduceren kunnen werkloze ouders immers sneller ingeschakeld worden op de arbeidsmarkt. Zo ontsnappen ze uit de vicieuze cirkel van armoede.

Het flexibiliseren van de opvangmogelijkheden voor min-driejarigen is een noodzaak. In Oostende zijn de opvangplaatsen die specifiek gericht zijn op zelfstandige ondernemers, horecapersoneel en anderen toerismepersoneel zeer beperkt.

In dit verband stellen wij de twee volgende vragen:

  1. Welke zijn de concrete plannen voor het flexibiliseren van het aanbod in alle crèches van de stad?

  2. Vraaggestuurde opvang in de vroege ochtend en van 18 tot 20u heeft het voordeel dat de ouders meer flexibele jobs aankunnen, wat een realiteit is bij de meer kwetsbare gezinnen. Is dit realiseerbaar in deze legislatuur?

Collins Nweke, gemeenteraadslid.